Italiaanse viroloog walgt van paniekzaaierij rondom coronavirus: ‘We zijn niét in oorlog’

© Reuters

Sinds twee weken werkt ze zonder pauze, de directeur van het laboratorium voor Microbiologie in Milaan die de tests op het coronavirus uitvoert. In een interview met de Italiaanse krant La Repubblica zegt Maria Rita Gismondo dat Italië doet alsof het in staat van oorlog verkeert, maar dat het om niet veel meer dan een normaal griepvirus gaat. Er is volgens haar sprake van ‘een bombardement van berichten die angst aanwakkeren en voor collectieve hersenspoeling zorgen’. Silke Wallenburg 27-02-20, 11:50 Laatste update: 17:14

Een hand geven, vraagt de Repubblica-journalist zich af. ,,Ja natuurlijk, we wassen ze toch weer.” Een mondkapje draagt ze niet. ,,Die doen we op als we de tests uitvoeren en in de omgang met geïnfecteerde patiënten, maar voor de rest kun je nog beter een carnavalsmasker dragen.” 

Lees ook

Op de derde verdieping van het ziekenhuis Sacco heeft ze haar kantoor. De 66-jarige directeur heeft weinig tijd voor een interview met de grootste Italiaanse krant. Het laboratorium voor Klinische Microbiologie, Virologie en Nooddiagnostiek is sinds twee weken 24 uur per dag in bedrijf vanwege het coronavirus. De vragen worden  in rap Italiaans tempo doorgenomen.

De president van de regio Lombardije waar het virus uitbrak heeft gezegd dat ‘het niet veel meer is dan een normale griep’. ,,Goed. Dat betekent dat er naar me geluisterd wordt‘’, antwoordt Gismondo. De regiopresident zou zich overigens vandaag zelf in quarantaine hebben geplaatst, nadat het virus bij zijn naaste medewerker werd geconstateerd.

Ophef

De laboratoriumdirecteur is wars van ophef. Maar wat moeten we dan doen, vraagt La Repubblica zich af. ,,Wachten. Geen paniek zaaien en goed opletten. Van onze kant is er veel werk te doen. Dingen aan mensen uitleggen, ze informeren, eerlijk zeggen dat de zaken zich ten goede en ten kwade kunnen keren. Met veel objectiviteit de waarheid vertellen. Met de huidige berichtgeving lijkt het alsof we in oorlog zijn. Maar we zijn niet in oorlog.”

Dat er nu in Italië, maar ook in andere landen, toch lichte paniek is, duidt erop dat mensen het misschien toch nog niet goed begrijpen. Hoe legt Gismondo het zelf uit aan haar familie? Ziet ze die eigenlijk nog of leeft ze in het laboratorium? ,,De laatste weken ben ik alleen naar huis gegaan om te slapen, twee of drie uur per nacht. Ik heb twee dochters en een kleindochter van negen jaar.”

Die kleindochter heeft ondertussen een bijzonder beeld van oma. ,,Ze had me op de televisie gezien en ze zei ‘oma heeft het coronavirus!’’’ 

Besmettelijk

Toen mijn kleindoch­ter een foto van mij zag met een mondkapje, vroeg ze me of ik me had verkleed als microbio­loog voor carnaval

,,Mijn dochter heeft haar uitgelegd dat ik het virus bestudeer. Toen zei ze ‘dan ben je besmettelijk. Besmet je mij nu ook?’ Wat zeg je in zo’n geval tegen een kind van 9 jaar?  ,,Ik heb gezegd van niet. Kinderen hebben uitleg nodig. Je moet niet zeggen dat er niks aan de hand is, je moet zeggen dat het waar is, er is een virus dat van de ene persoon op de andere overgaat. En als je je slecht voelt en je hebt koorts en je hoest, dan moet je thuisblijven. Ik heb haar gerust kunnen stellen. Toen ze een foto van mij zag met een mondkapje, vroeg ze me of ik me had verkleed als microbioloog voor carnaval.”

Mondkapjes zijn hoe dan ook een bron van verwarring. Gismondo draagt er geen tijdens het vraaggesprek. Niet nodig, is ze resoluut. Ze vindt dat juist mensen in de gezondheidszorg kalmte moeten bewaren. ,,Wie zich met gezondheidszorg bezighoudt, heeft de plicht het uit te leggen. Zodat alle vaders en moeders kalmeren. Maar als mensen overstelpt worden met video’s van uitgestorven steden, van ambulances met gillende sirenes enzovoort, dan creëer je paniek. De enorme hoeveelheid maatregelen die de Italiaanse overheid genomen heeft, lijken uit wetenschappelijk oogpunt overdreven. Maar mensen hebben een antwoord nodig. En verder wordt gezondheidszorg op politiek niveau vaak gebruikt voor eigen doelen. Daar zeg ik verder maar niks over. Behalve dat het onacceptabel is.”

Op de vraag hoe lang dit virus doorgaat: ,,Ik denk niet dat we volgende week niet meer over het coronavirus praten. In Italië hebben we maar erg weinig mensen die ziek zijn van alleen het coronavirus, die zijn op de helft van één hand te tellen. De anderen zijn patiënten met een afweersysteem dat al was aangetast door andere ziektes en die vanzelfsprekend ook complicaties zouden hebben gekregen van een gewone griep. De paar mensen die zijn overleden hadden kanker in een vergevorderd stadium of waren al levensgevaarlijk ziek. Eén ding moeten we niet vergeten, en dat is handen wassen. Het toilet is één deur verder.”